Redacteur geestelijk leven van de Leeuwarder Courant

.

zaterdag 28 maart 2009

Processie


Voor het eerst sinds mensenheugenis trekt morgen weer een rooms-katholieke processie door Soest. En dat is nieuws. De aanleiding is overigens triest: de allerlaatste eucharistieviering in de Mariakerk aldaar. De tocht is symbolisch, legt de pastoor uit: de parochie wil zo demonstreren dat zij gelooft dat God mee trekt naar een nieuwe plek.
Het komt de laatste jaren vaker voor dat katholieken voor het eerst sinds jaren weer een processie organiseren op de openbare weg. De Bonifatiusdag in juni 2007 in Dokkum werd bijvoorbeeld aangegrepen voor een plechtige processie (zie foto). Wierook, wapperende vlaggen en kazuifels, blinkend koper - prachtig.

Er is sprake van hernieuwd zelfvertrouwen onder de Nederlandse katholieken, zegt Peter Jan Magry, onderzoeker religieuze cultuur. Hier en daar werpen roomsen de oude schuilkerkmentaliteit af. Maar die mentaliteit zit diep, zeker in het Noorden, constateerde vicaris Johan te Velde in 2005 in een lezing in Leeuwarden.
Dat is ook de schuld van de protestanten. Katholieken móchten lang de straat niet op. Er was een processieverbod. En dat is katholieken haast in de genen gaan zitten. Toen de processie in Dokkum in 2007 werd voorbereid, was er even nog de vrees dat dat gebod nog geldig was. Onnodig, want dat was al in 1972 uit de wet geschrapt.

Dat processieverbod was bedenkelijk, zeker voor een land dat er prat op gaat al eeuwen tolerant te zijn. Van de Reformatie van de Lage Landen tot 1853 werden de ‘paepsche stoutigheden’ slechts gedoogd, mits katholieken geen aanstoot gaven. Dankzij Thorbecke kwamen ze weer officieel bovengronds. Maar dat koste hem wel zijn premierschap.
Er ontstond namelijk een storm van protest, of een ,,antipapistische brand’’ zoals katholieke commentatoren toen schreven. Het verbod op processies moest de zorg wat wegnemen dat katholieken al te nadrukkelijk aanwezig zouden zijn. Plaatselijke overheden hadden het recht om processies te verhinderen, wanneer er niet sprake was van een eeuwenlange (gedoogde) praktijk. En dat heeft er diep en lang ingehakt. Zie bijvoorbeeld Soest.

dinsdag 24 maart 2009

Apologetiek


Soms vormen de antwoorden op vragen die helemaal niets met het onderwerp van een lezing te maken hadden, het grootste nieuws. Dat was bijvoorbeeld vorige week het geval met een spreekbeurt van Andries Knevel in Surhuisterveen. Onze krant besteedde ruim aandacht zijn optreden, maar dan louter aan wat hij zei over de rel rond zijn persoon.
Intussen had hij zonder meer een boeiend verhaal verteld. Knevel had uiteengezet dat gelovigen ook ,,harde bewijzen’’ hebben dat de bijbel waar is. Bijvoorbeeld, heel kort: onderzoek heeft aangetoond dat alle feiten als plaatsnamen die Lucas in het bijbelboek Handelingen noemt, kloppen. Gevolgtrekking: dan zal ook zijn evangelie betrouwbaar zijn.

Ander voorbeeld: aan de Korintiërs, onder wie twijfels waren gerezen over Jezus’ opstanding, schrijft Paulus dat Jezus na zijn opwekking uit de doden aan allerlei mensen is verschenen. Onder meer aan een gezelschap van vijfhonderd mensen, aldus de apostel, van wie de meesten nu nog leven (I Korintiërs 15 vers 6).
Dat laatste was makkelijk te controleren door de geadresseerden, aldus Knevel. Zou Paulus zoiets uit zijn duim gezogen hebben, het risico lopend dat via contacten met mensen in Jeruzalem al snel het verhaal in de wereld zou komen: nee hoor, het is niet waar, Paulus roept maar wat?

,,U gelooft niet omdat u simpel bent, maar omdat u met uw hart gelooft en omdat uw verstand meedoet’’, aldus Knevel. Dergelijke bewijsvoering, zo vertelde Knevel, stond lang bekend als apologetiek, de verdediging van het christelijk geloof. Een vak dat tot zijn tevredenheid op Britse universiteiten weer opgang maakt.
,,Het debat over het geloof mag weer en christenen moeten heel goed beslagen ten ijs komen.’’ Als illustratie noemde Knevel voor de vooral oudere bezoekers het gesprek met kinderen of kleinkinderen. ,,En’’, zei hij, ,,ook bij Pauw en Witteman heb ik het ontzettend nodig.’’ Dat laatste, daar heb ik grote vraagtekens bij.

Dat je met je nageslacht als gelovige wel eens een stevig gesprek wil over de redelijkheid van het geloof, daar kan ik goed inkomen. Maar argumenten als hierboven aandragen voor Pauw en Witteman of vergelijkbare praatprogramma’s? Volgens mij heeft Jezus van dergelijke situaties gezegd dat je geen paarlen voor de zwijnen moet gooien. Ik ben sowieso geen fan van apologetiek, maar aan de postmoderne stamtafel krijgt het helemaal iets triests.

zaterdag 21 maart 2009

Bekende gezichten


De Leeuwarder wethouder van sociale zaken, Marco Florijn, keek vanmorgen eens rond in de Bonifatiuskerk en zag allemaal bekende gezichten. Hij was als spreker te gast bij de jubilerende katholieke parochie, die Make a Difference Day had aangegrepen om het vele diaconale werk voor het voetlicht te halen.
,,Ik zie allemaal mensen die ik ken van allerlei projecten’’, stelde Florijn tevreden vast. En dat klopte. Er waren vrijwilligers uit het Aanloophuis, de nachtopvang van daklozen, de Wereldwinkel, de Arme Kant van Leeuwarden en nog een reeks andere initiatieven.

Even later werd het boekje ‘Pareltjes van de diaconie’ gepresenteerd over de uiteenlopende diaconale activiteiten. Achterin zit een ‘Parelkaart’. Degenen die ook vrijwilligerswerk willen gaan doen, kunnen kiezen uit ruim 25 activiteiten.
Voor wie het wil zien, is het duidelijk: de kerken leveren nog altijd een forse bijdrage aan de samenleving. Een ,,onmisbare bijdrage’’, werd zaterdag benadrukt. En dat klopt. Het is een beetje jammer dat de kerken zelf dit zo nu en dan moeten voorrekenen, maar anders zou het niet worden opgemerkt. Het is nog maar een paar jaar geleden dat in een Haags overheidsrapport over vrijwilligerswerk de kerken helemaal vergeten waren.

Gelukkig verandert het klimaat. En Florijn is daar een mooi voorbeeld van. De tijd is voorbij, zo zei hij, dat de overheid of een PvdA-wethouder de kerken kan negeren. En hij stelde een partnerschap voor tussen gemeente en parochie. ,,We kunnen samen veel voor elkaar krijgen.’’ Kijk, Florijn heeft het begrepen.
Bisschop Gerard de Korte van Groningen-Leeuwarden sprak ook en legde uit dat omzien naar de ander vanzelfsprekend hoort bij het christenleven. Hoe zwaar de naastenliefde weegt, bleek uit een parallel die hij trok met de eucharistie, het heiligste sacrament: ,,Christus is te ontmoeten in de eucharistie, maar evenzeer in de armen.’’

donderdag 19 maart 2009

Knevel spreekt

Sinds de rel rond zijn persoon betracht EO-coryfee Andries Knevel het stilzwijgen. Maar hij had al een half jaar geleden een afspraak voor een spreekbeurt gisteravond in Surhuisterveen gemaakt en wilde die nakomen. En hij wilde geen stommetje spelen, dus hij beantwoordde ook de onvermijdelijke vragen over de kwestie.
De zaal zat overigens niet zo vol als was gehoopt door de organisatie, de regionale afdelingen van de drie orthodoxe organisaties binnen de Protestantse Kerk in Nederland (Evangelisch Werkverband, Confessioneel Beraad en Confessionele Vereniging). Misschien lag het er aan dat Ajax speelde. Maar de controverse rond Knevel, zo gaf de leiding toe, was de meer waarschijnlijke oorzaak van de lege plaatsen.

En ja hoor, ze kwamen: de vragen over de verklaring die Knevel in de documentaire ‘’t Zal je maar gebeuren’ van 3 februari tekende, waarin hij afstand nam van zijn oude, creationistische denkbeelden. Knevel was eerlijk en stelde zich kwetsbaar op. De storm die ontstond heeft hem bijzonder aangegrepen. Vooral omdat het blazoen van de EO is geschaad. ,,Dat doet mij het meeste pijn.’’
,,Ik kan wel een stootje hebben. Ik deel er ook wel eens eentje uit, dan moet je ook kunnen incasseren. Maar het feit dat het in het achterland van de EO zulke onrust heeft gebracht, dat doet mij pijn. Ik heb vele slapeloze nachten gehad. Ik heb de onrust veroorzaakt. Ik ben dom geweest. Ik heb al zes weken buikpijn.’’

Knevel gaf ruiterlijk toe dat hij het zelf ook flink moeilijk heeft gehad. ,,Poeh, wat is dat zwaar. Wat is dat zwaar. Er is ook nogal wat modder over me heen gekomen hè.’’ Hoe het nu met hem gaat? ,,Ik ben aan het opkrabbelen, maar het is heel slecht geweest.’’
Waarom hij niet is afgetreden? ,,Ook ministers zeggen tegenwoordig ‘sorry' en treden niet af. En ik dacht: hoe kan ik het vertrouwen terugwinnen? Door te laten zien wat ik wel geloof. Wel geloof? Man, ik ben zo gelovig als wat. En natuurlijk is het evangelie waar, hou nou toch op! Maar als ik straks terugrij naar Bussum, dan zie ik net als iedere avond die beelden weer op mijn netvlies en dan zeg ik weer: ohhh, sufferd, sukkel, stom!’’

maandag 16 maart 2009

Kanselruil


De vrijgemaakt-gereformeerden van de Morgenster (zie foto) en christelijk-gereformeerden van de Bethelkerk in Leeuwarden beleven zondagmorgen een historisch moment: de beide predikanten verruilen van kansel. Na jaren van uiterst voorzichtige toenadering is er dan nu sprake van ‘verkering’, zo mag je kanselruil toch wel noemen.
‘De langzame haast des Heren’, typeerde een van de predikanten het. Inderdaad, erg snel is het niet gegaan. De vorige historische stap was immers al begin jaren negentig: toen hadden in Leeuwarden de Gereformeerde Kerk (vrijgemaakt) en de Christelijke Gereformeerde Kerk elkaar herkend en erkend als kerk van Christus.

Voor buitenstaanders is nauwelijks aan te voelen hoe ingrijpend het moment zondag is. Vele tientallen jaren waren er al op landelijk niveau zogenaamde samensprekingen, maar dat leverde bitter weinig op. Dat gold ook voor het contact met de Nederlands Gereformeerde Kerken - het derde orthodox-gereformeerde kerkgenootschap. Er bleken allerlei hete hangijzers als ‘de toe-eigening des heils’ (dat kan ik hier helaas niet eventjes uitleggen).
Op lokaal niveau gebeurde er lang niets. Het is nog maar enige jaren geleden dat je op een vrijgemaakte kansel een gebed kon horen voor iemand die de kerk had verlaten. Als niets vermoedende passant had je de indruk dat de jongen in kwestie God de rug had toegekeerd. Wat bleek later bij navraag: hij ging met zijn verloofde mee naar de christelijk-gereformeerde kerk.

Op landelijk niveau is er nog steeds weinig beweging, maar plaatselijk kan op het terrein van de ‘kleine oecumene’ op eens heel veel. In Sneek zijn vrijgemaakten en christelijk-gereformeerden zelfs al gefuseerd. En in Deventer is helemaal iets bijzonders gebeurd: daar vormen vrijgemaakten, christelijk-gereformeerden en Nederlands-gereformeerden gedrieën sinds kort een samenwerkingsgemeente.
Een van de opvallende veranderingen is de openheid van de vrijgemaakten. Daar gaan de deuren en ramen op eens ver open. Misschien ontgaat het me, maar ik hoor bij al het voortschrijdend inzicht zelden de gedachte dat er misschien ook eens iets gezegd moet worden over het gebrek aan oecumenische gezindheid in het recente verleden. Het woord ‘excuses’ hoor je in dat verband al helemaal spaarzaam vallen.

vrijdag 13 maart 2009

Broeder X

Vrijwel iedere kerkelijke gemeente heeft wel één broeder X. En soms wel twee. Of drie. En dan ben je helemaal in de aap gelogeerd. Broeder X is zo’n man die overal goed van op de hoogte is. Die meeleeft - dat moet gezegd worden - maar dat doet met een nogal onheilig doel: continu dwarsliggen.
Broeder X doet niet alleen bijdehand tijdens een gemeentevergadering, hij doet ook ronduit vervelend. De kerkenraadsleden en gemeenteleden kunnen op hun vingers natellen dat broeder X op een gegeven moment zal opstaan, en toch valt het iedere keer weer zwaar om het ook echt mee te maken. Er wordt vaak hoorbaar gezucht als de man in de benen gaat.

Gek genoeg zijn het altijd broeders die een hele kerkelijke gemeente kunnen gijzelen en geselen met hun ‘heilige’ verontwaardiging. Er is zelden een zuster X. En als broeder X niet voldoende gelijk krijgt naar zijn eigen zin, dan zoekt hij het hoger op. In de protestantse kerken betekent dat: bij de classis, de regionale kerkvergadering.
Omdat broeder X nooit helemaal ongelijk heeft, altijd wel ergens een punt heeft, wordt hij al dan niet met verholen tegenzin aangehoord. En soms worden zijn bezwaren gehonoreerd. Ongetwijfeld gebeurt dat met de beste motieven, maar daarmee wordt het desastreuze gedrag van broeder X continu beloont.

Tegelijkertijd voelt de ‘rest’ van de gemeente zich behoorlijk gefrustreerd over de gang van zaken. Geregeld hoor ik van zulke kwesties en op dit moment speelt er weer zo’n zaak in mijn nabije omgeving. Anders altijd loyale kerkleden zijn nu graag bereid om hun verhaal te doen, om stoom af te blazen, om met dingen te gaan gooien, om…
Dat moeten kerkenraden en classisbesturen zich ook realiseren: broeder X is een probleemgeval dat veel schade aanricht. Met broeder X moet eens een hartig woordje gesproken worden. Of hij wel begrepen heeft waar het in het Evangelie om draait. Broeder X moet worden gestopt. Tot zijn eigen heil en tot heil van de gemeente.

woensdag 11 maart 2009

Verdrietige paus


Opmerkelijk openhartig is de brief die paus Benedictus XVI aan de bisschoppen overal ter wereld heeft gestuurd, waarin hij reageert op alle kritiek die hij heeft gekregen door de kwestie rond de Britse bisschop Richard Williamson. De man die de Holocaust ontkent en van wie de excommunicatie door de paus is opgeheven.
,,Er is op mij ingehakt’’, stelt de paus treurig vast. Hij is geschrokken van de heftigheid. En het tempo waarmee deze veenbrand zich, dankzij internet, over de wereld verspreidde. De paus realiseert zich dat het Vaticaan nog zorgvuldiger te werk zal moeten gaan. Rome was niet op de hoogte van Williamsons verwerpelijke opvattingen.

Benedictus blijkt vooral te zijn getroffen door de graagte waarmee katholieken zich op hem hebben gestort. Ze waren van harte tot de aanval bereid en deden dat met enthousiasme, zo constateert de kerkvorst. En daar heeft de paus beslist een punt: er zijn heel wat katholieke schapen die constant blaten als het over de herder en diens onderherders gaat.
Ik ken katholieken die zich behoorlijk kunnen storen over dingen die door buitenstaanders over hun kerk worden gezegd. Dat kan ik mij voorstellen. Hoewel, soms wordt er al te snel aan een complot gedacht. Daar hebben katholieken overigens geen alleenrecht op. Ook leden van andere kerken zien net iets te vaak schimmen achter het struikgewas.

Maar waar de Rooms-Katholieke Kerk zich volgens mij wel sterk in onderscheidt, is het feit dat er helemaal geen criticasters van buiten nodig zijn. Nogal wat katholieken zijn van nature geneigd het slechtste te denken en te zeggen van de eigen kerkleiding. Misschien is dat de prijs die je moet betalen als je een wereldkerk bent.
Maar dan nog. Voor buitenstaanders is het soms onbegrijpelijk hoe er onder roomsen gemord wordt. Als je lid bent van een club, ben je loyaal lid van de club. Dat geldt voor een tennisvereniging en zeker voor een kerk. Bevalt het je niet, schrijf je dan uit. Je moet katholiek zijn om dat continue opstandige geblaat te begrijpen.

zaterdag 7 maart 2009

Protestantse actiegroep


De protestanten als een actiegroep die zichzelf vergeten is op te heffen toen het doel was bereikt. Deze vergelijking van de katholieke pater Eduard Kimman, vorig jaar, deed nogal wat stof op waaien. Zeker omdat Kimman op dat moment secretaris van de Nederlandse bisschoppenconferentie was, een katholieke topman dus.
Deze week was er een aardige discussie in Groningen: tussen Kimman en dominee Arjan Plaisier, secretaris van de Protestantse Kerk in Nederland. Kimman legde nog eens uit wat hij met zijn prikkelende uitspraak bedoelde: de kerkhervormers Luther en Calvijn zouden bijzonder tevreden zijn met de RK Kerk na de hervormingen van het Tweede Vaticaanse Concilie uit de jaren zestig.

Ongetwijfeld zal dat waar zijn. De bijbel, in de zestiende eeuw onbereikbaar voor modale gelovigen, wordt door de kerk van Rome ook als leidraad in het leven van alle gelovigen gezien. Bovendien worden de kerkdiensten nu ook in de volkstaal gehouden en niet in een onbegrijpelijke geheimtaal. Luther en Calvijn zouden dolblij zijn geweest wanneer dat in hun dagen gerealiseerd had kunnen worden.
Maar wat tijdens zo’n ontmoeting tussen een katholiek en protestant blijkt, is dat er nog altijd zeer grote hindernissen zijn tussen beide stromingen. De positie van de paus als plaatsvervanger van Petrus en uiteindelijk van Christus, de Mariaverering, de vele sacramenten in de RK Kerk, en wat Plaisier benadrukte: de visie op de kerk als bemiddelaar tussen de gelovige en God.

Het voornaamste struikelblok is waarschijnlijk iets wat door de kerk van Kimman wordt opgeworpen. En dat is de manier waarop in het Vaticaan tegen de protestantse kerken wordt aangekeken. Kimman gaf volmondig toe dat dat een zeer lastig punt is. De kerk van Rome wordt als de moederkerk gezien, de oosters-orthodoxe kerken als zusterkerken, maar de protestantse kerken? Dat zijn ,,kerkachtige genootschappen’’.
Kimman sprak overigens van ,,kerkgenootschappen’’. Dat is een lastige term, omdat voor veel mensen er een isgelijkteken staat tussen ‘kerk’ en ‘kerkgenootschappen’. Maar in het taalgebruik van de traditie waarin Kimman staat is een ‘kerkgenootschap’ bepaald niet gelijk aan de Kerk, die in die traditie met een hoofdletter wordt geschreven.

In het befaamde document ‘Dominus Iesus’ van paus Johannes Paulus II werd dat verschil sterk benadrukt. Katholieken kunnen niet volmondig zeggen dat de protestantse kerken dezelfde status hebben. Daar zijn diverse redenen voor: het ontbreken van de bisschoppelijke successie (opeenvolging), van wijdingen en de eucharistie. In dat opzicht was de uitdagende uitspraak van Kimman over die actiegroep, veelzeggend en glashelder: protestanten moeten uiteindelijk terugkeren in de moederschoot der kerk. Van Rome.
Ik betwijfel ten zeerste of Luther en Calvijn de protestanten vandaag zouden aanmoedigen op dat ‘aanbod’ in te gaan.

dinsdag 3 maart 2009

Bruto maandsalaris


In mijn omgeving wordt verbaasd gereageerd op de berichtgeving rond de Christelijke Gereformeerde Kerk in Zwolle die van de leden een bruto maandsalaris vraagt voor het aankopen van een gebouw. Zoiets extreems hebben ze nog nooit gehoord. Nou, dan heb ik ‘nieuws’: offeren in deze mate is niet uitzonderlijk.
Het gebeurt vaker dat kerken zo’n bijdrage vragen. Let wel: boven op de maandelijkse ‘vaste vrijwillige bijdrage’. Ja, beste mensen, het kan nog gekker. Zo uit mijn hoofd: de vrijgemaakt-gereformeerde Morgenster in Leeuwarden is enige jaren geleden op die manier deels bekostigd. En geregeld lopen die vaste maandbedragen in de honderden euro’s. Daar komen dan nog de collectes in de kerkdiensten bovenop.

Misschien zijn mensen zo verbaasd over dergelijke vrijgevigheid, omdat wij als kranten dat in de hand werken. Vaak is er wel jaarlijks aandacht voor de financiële actie Kerkbalans, waaraan onder meer de Rooms-Katholieke Kerk en de Protestantse Kerk in Nederland deelnemen. De gepubliceerde jaartoezeggingen zijn vaak veel lager.
Die bedragen schommelen ergens tussen de €250 tot €300. Maar, let wel, het gaat om gemiddelde bijdragen. Er zijn zeker in de grote kerken veel mensen die niets of slechts symbolisch iets geven. Dat betekent dat er ook een categorie leden in die kerken is, die flink in de buidel tast. Daar kan het ook best om duizenden euro’s per jaar gaan. Per gezin.

Maar de vrijgevigheid is, gemiddeld genomen, hoger in orthodox-protestantse kring. En dan hebben we het nog niet eens over de evangelische groepen gehad. In veel gemeenten van evangelicale snit is het niet ongewoon de bijbelse richtlijn om ‘de tienden’ te geven, nog altijd heel letterlijk te nemen.
Ja echt, een tiende van een gezinsinkomen gaat naar de kerk en andere goede doelen. Het is dus blijkbaar eens goed om het maar weer eens vast te stellen: de vrijgevigheid in christelijke kring is enorm. Bij de Belastingdienst kunnen ze dezer dagen gemakkelijk vaststellen of iemand bij een kerk hoort: aan de hoogte van de post ‘giften’.

zondag 1 maart 2009

Eng landje

De collega’s van Trouw hebben een onderzoekje laten doen naar hoe er in Nederland over schepping of evolutie wordt gedacht. Veel mensen blijken de brochure ‘Schepping of evolutie?’ niet eens gezien te hebben tussen de folders. Van verontwaardiging is nauwelijks sprake. Het vlugschrift terugsturen? Zonde van de postzegel.
Sommigen maken zich wel druk over de brochure, gemaakt door een reeks behoudende christelijke organisaties. Een aantal populaire websites als Retecool en GeenStijl zijn een terugstuuractie begonnen via terugnaarjemaker.nl. Coördinator van de brochure, Kees van Helden op Urk, heeft er de afgelopen week enige honderden teruggekregen.

Trouw constateert lauwheid rond de kwestie, maar de mensen die zich wel druk maken gaan erg ver. Ze hebben de telefoonnummers, het huisadres en het e-mailadres van Van Helden op het internet gepubliceerd. Het resultaat: schandalige reacties per post, mail en telefoon. Inclusief verwensingen en doodsbedreigingen.
Dergelijke reacties staan niet op zichzelf. Het niveau van de berichtgeving en reacties op de sites achter terugnaarjemaker.nl is vaak beneden alle peil. Het kan niet anders dan dat bij een aantal mensen, vooral jongeren, steeds meer de indruk bestaat dat alles zo’n beetje in de omgang met andersdenkenden is geoorloofd.

Van Helden stelde vorige week in een gesprekje dat ik met hem had, wat grimmig vast dat christenen niets meer mogen zeggen en dat iedereen maar alles van christenen mag zeggen. Illustratief vindt hij de voorbeeldbrief op terugnaarjemaker.nl aan zijn adres. Zou je God door Allah vervangen, aldus Van Helden, dan zou Nederland te klein zijn.
Anderen zeggen dat respectloos gedrag (helaas) niet alleen christenen treft. Het niveau waarop we elkaar bejegenen is over de hele linie gekelderd. Veel betaalde commentatoren doen intussen meesmuilend over de ‘vertrutting’ door dit kabinet. Zijn ze wel fris? Nederland wordt wel een heel eng landje - en niet door mensen als Van Helden.